22 juli 1993

Teruggebrommerd naar Mataram. De toerist office bezocht waar we horen dat de boot naar Bali iedere 2 uur gaat. De brommer ingeleverd, wat ons nog een spannend uurtje oplevert want de verhuurder wil alleen het paspoort ophalen als hij de brommer meeneemt! Dit willen wij echter niet en na veel gezeur lukt het toch. De bagage bij Shanti Puri opgehaald en naar Lembar. Om 1 uur zijn we daar en kunnen direct de boot op die onmiddellijk wegvaart. Dit blijkt te mooi om waar te zijn want na een kwartier zijn we terug aan wal en blijven dan nog 3 kwartier liggen. Daarna verloopt de boottocht vlotjes en al om half 6 zijn we in Padangbai. Daar moeten we nog 45 minuten wachten voor we kunnen afmeren, want de andere ferry moet eerst vertrekken, maar dan zijn we toch op Bali. Zoals al verwacht is het openbaar vervoer duur hier en vragen ze belachelijke bedragen om in Sanur te komen. Later willen ze ons er ook nog even buiten Sanur uitzetten! Zoiets flik je Jelle en Sas natuurlijk niet. We gaan naar het huis van meneer Taman’s dochter, dat er heel groot en mooi uitziet. De 2 kamers voor de gasten zijn min of meer buiten, alleen afgeschermd door rieten rolgordijnen. We ontmoeten 2 meisjes die we nog kennen uit Malakka. We eten hier nasi en moeten dan verhuizen naar een naburig hotel want de kamers hier zijn vol.