28 maart 1994

28 maart 1994 - Latakia, Syrië

Uitgeslapen, ontbeten en pas tegen elven vertrokken. Naar het station gelopen en onderweg nog vijgen gekocht. De trein arriveert een half uur te laat om 12 uur. Weer heel leeg en weer beste plaatsje. Waar zouden we zijn zonder de trein in Syrië! Veel beter reizen dan de volle, benauwde busjes met conducteurs die altijd te veel geld vragen. Onderweg zien we lake Assad, af en toe de Eufraat , maar vooral veel woestijn, hoewel op veel plaatsen geïrrigeerd en nu heel groen. Voorstelbaar dat je daar trots op bent als ingenieur. Om 2 uur zijn we in ‘Halab’. We hebben mazzel. Om kwart over 4 gaat er een trein naar Lattakia. Dit is een sneltrein en er zijn alleen 1e klas kaartjes. Wel veel duurder (3 gulden pp), maar nog steeds oké. Felafel en pinda’s gekocht. In de trein ontdekken we: als dit 1e klas is hebben we nog altijd 1e klas gezeten. Dachten we al, maar niemand zei er iets van. Ook weer een mooie rit. We hebben inmiddels alweer 2 vrienden; 1 oudere Franssprekende man en 1 jonge man met vrouw en baby. Hij heeft Engels gestudeerd en mag nu na twee jaar dienst zijn diploma ophalen. We krijgen koekjes van het feest na Ramadan van ze. Om 7 uur/half 8 zijn we in Lattakia. Lopend en een beetje zoekend naar het centrum. Het An Nahhas hotel heeft een kamer voor maar 6 gulden voor ons en is opvallend schoon . Over het algemeen zijn de hotels relatief duur in Syrië, hier dus niet. Lattakia lijkt wel gezellig. Veel winkels en op het plein, met enorm Assadbeeld, zelfs enkele terrasjes onder de bomen.