26 december 1993

26 december 1993 - Kovalam, India

Tweede kerstdag. Pannenkoeken bij het ontbijt. Verder doen we evenveel als we thuis zouden doen op deze dag: lezen, koffiedrinken en eten. ‘s Avonds gaan we uit eten met de Zwitsers en worden eigenlijk afgezet door het restaurant; de mosselen (wel heel lekker) zijn er veel minder dan beloofd maar vooral de hele tonijn die we hadden uitgezocht komt in kleine stukjes op 2 borden en is het dan wel de hele… dit vormt aanleiding om de Indiër in het algemeen eens te bespreken. Robert en Carolina hebben de laatste tijd net als wij overwegend negatieve ervaringen. Zij vinden vooral de houding van de Indiase man ten opzichte van westerse vrouwen storend. En ik heb wat dat betreft gisteren ook een zeer negatieve ervaring gehad tijdens het zwemmen. De jonge Indiërs in het water probeerden meermalen mijn benen te grijpen tijdens een bodysurf. Een keer deden 3 van hen dit zo fanatiek dat ik 2 fikse schrammen waar het bloed uit liep opliep. Te gek voor woorden natuurlijk. Robert beschreef het als volgt: ik die de Indiër als een man die ergens midden op straat staat te pissen en dan terwijl alles nog uit z’n broek hangt op Carolina afloopt en vraagt: ‘what’s your name?’ Tsja… we verlaten het restaurant waar de ober nu toch wel spijt heeft van zijn truc met de vis, om nooit meer terug te komen. In een ander tentje concluderen we dat het land met al haar bezienswaardigheden van ons alle 4 meer krediet krijgt dan de bewoners.